Background image

terug

Vraag 20

Welke drie van de onderstaande beschrijvingen hebben met het verloop van een rechtszaak te maken? Schrijf alleen de nummers op.

  1. De advocaat geeft aan dat de bewijzen tegen zijn cliënt niet kloppen en eist daarom dat hij wordt vrijgesproken.
  2. De burgemeesters van de grote steden spreken af harder op te treden tegen de vele koffieshops in hun steden.
  3. De getuige legt de eed af, waarbij hij duidelijk maakt de waarheid te zullen vertellen.
  4. De koningin leest de troonrede voor, waarin staat dat de politie zich meer moet gaan richten op het bestrijden van de zware criminaliteit.
  5. De meerderheid van de Eerste Kamer voelt niets voor een nieuwe gevangeniswet waarin staat dat meerdere gevangenen samen één cel zullen moeten gaan delen.
  6. De minister krijgt tijdens een interview veel vragen over het plan om een nieuwe politieorganisatie op te zetten.
  7. De officier van justitie eist naar aanleiding van de aangevoerde bewijzen achttien maanden cel voor de verdachte en verwacht dat de rechter zijn eis zal overnemen.