Gebruik bron 2.
De minister van Buitenlandse Zaken had de Tweede Kamer niet op de
hoogte gebracht van het verdrag met Duitsland.
→ Noem de reden waarom de Tweede Kamer vond dat zij op de hoogte
had moeten worden gebracht van het verdrag.
→ Geef ook aan van welk recht de Tweede Kamer gebruik maakte om
haar ontevredenheid over de minister duidelijk te maken.
Doe het zo:
reden waarom de Tweede Kamer op de hoogte had moeten worden
gebracht: … (noem reden)
recht dat de Tweede Kamer gebruikte: … (noem recht)