Janneke heeft een betaalrekening bij een bank. Er staat een debetsaldo van € 56 op deze
rekening. Bij een geldautomaat pint ze een bedrag van € 50.
In de supermarkt betaalt ze met haar chipknip twee tijdschriften voor in totaal € 5. Verder
betaalt Janneke van deze rekening via internet € 99 contributie voor de zwemclub.
Hoeveel bedraagt het nieuwe saldo op deze betaalrekening na de verwerking van de
bovenstaande transacties?
Bij deze vraag worden één of meerdere bijlagen gebruikt.
Bijlage: Betalingsgewoonten in Nederland in de periode vlak vóór de invoering van de euromunten en eurobankbiljetten