Background image

terug

Vraag 3

Een mannetje van een bepaalde vogelsoort is in zijn territorium tijdens de paartijd aan het zingen. Hij heeft nog geen vrouwtje.
In het gebied waarin het territorium ligt, bevinden zich nog vier andere vogels:
vogel P: een mannetje van dezelfde soort in zijn eigen territorium;
vogel Q: een mannetje van dezelfde soort dat geen eigen territorium heeft;
vogel R: een vrouwtje van dezelfde soort zonder mannetje;
vogel S: een mannetje van een andere soort die ook in de paartijd zingt.
In de afbeelding wordt weergegeven waar de verschillende vogels zich bevinden in het gebied.


Hieronder staan vier verschillende gedragingen. Combineer het juiste gedrag met de juiste vogel.

  1. De vogel wordt gelokt naar het terretorium van het zingende mannetje.
  2. De vogel gaat ook zingen.
  3. De vogel wordt weggejaagd door het zingende mannetje.
  4. De vogel reageert niet op het zingende mannetje.
→ Zet de letters van de vogels achter het gedrag dat ze vertonen als reactie op het zingende mannetje. Gebruik elke letter eenmaal.