Background image

terug

Vraag 1

Het element boor heeft het symbool B en atoomnummer 5.
Niet alle booratomen zijn hetzelfde.
Zo bestaan er booratomen met een atoommassa van 10 u.
Deze atomen kunnen worden aangegeven als boor-10.
Behalve de atomen boor-10 bestaan er ook booratomen met een atoommassa van 11 u: boor-11.

Wat moet in de volgende zin worden ingevuld om deze juist te maken?
„Atomen boor-10 en atomen boor-11 zijn verschillende … van het element boor.”