Twee voorbeelden van flexibele arbeid zijn:
1 De vrachtwagenchauffeur rijdt soms midden in de nacht, tussen 22.00 en 6.00 uur;
2 De verpleegkundige werkt in de thuiszorg, alleen op dagen dat het haar gevraagd wordt;
In alle twee de voorbeelden heeft de werkgever een financieel voordeel.
Geef van elk van deze voorbeelden aan welk specifiek ander voordeel de werkgever heeft.