Background image

terug

Vraag 13

Hieronder staan zes uitspraken over Domela Nieuwenhuis. Sommige uitspraken zijn feiten, andere zijn meningen.
a Hij had weinig medestanders in de Tweede Kamer, waardoor er weinig wetten tot stand zijn gekomen volgens zijn ideeën.
b Hij kwam met zijn blad ’Recht voor allen’ op voor de arbeiders.
c Hij was een onruststoker, omdat hij de arbeiders opriep iets te doen aan hun ellendige situatie.
d Hij was een politicus met eigen ideeën over hoe de maatschappij er uit zou moeten zien.
e Hij was een slechte vaderlander, omdat hij de koning had beledigd.
f Hij werd na zijn dood ook gewaardeerd door sommige politieke tegenstanders, omdat hij altijd was opgekomen voor de belangen van de arbeiders.
13. Welke uitspraken zijn feiten en welke uitspraken zijn meningen?