Tot 1917 waren katholieken en protestanten tégen algemeen kiesrecht en vóór
de financiële gelijkstelling van het bijzonder onderwijs. Socialisten en enkele
liberalen waren juist vóór algemeen kiesrecht en tégen de financiële
gelijkstelling van het bijzonder onderwijs.
→ Noem een politieke reden waardoor de verschillende politieke stromingen,
ondanks hun tegenstellingen, tóch gingen samenwerken.