Na het lezen van de tekst van bron 1 doen Annouk, Littal en Maud de volgende
uitspraken.
Annouk zegt: “Deze reizen horen tot de verre bestemmingen.”
Littal zegt: “Deze reizen zijn voorbeelden van grootschalig toerisme.”
Maud zegt: “Bij deze reizen zal er tijdens het verblijf in dat land meestal ook
sprake zijn van ecotoerisme.”
→ Schrijf de namen Annouk, Littal en Maud op het antwoordblad en schrijf
achter elke naam of deze uitspraken juist zijn of onjuist.